<Vorige]  ['De Kolom' index]  [Volgende>

De Kolom logo spacer
spacer [Klik hier voor gewone-versie
spacer
spacer 23:  Norma
30-4-2005
spacer spacer

Moeilijk kind vraagt moeilijke begeleider

Zoals de meesten van jullie weten werk ik op een school voor zeer moeilijk opvoedbare kinderen. De naam ZMOK-school is wat verouderd, we noemen het nu een cluster IV school, een school voor speciaal onderwijs. Dat klinkt wat aardiger. Kinderen die op een speciale school zitten komen daar niet zomaar op, er moet echt flink wat aan de hand zijn. ADHD bijvoorbeeld is niet genoeg, je moet er wel flink last van hebben- of anderen, zoals bij Jochem Mijers. Overigens denk ik dat ook Bert Visscher een ADHD heeft die nooit is onderkend, maar dat terzijde. Een kind dat bij ons op school komt heeft vaak een gedragsstoornis, hij is opstandig, luistert naar niemand en doet niet wat er wordt gevraagd. Hij scheldt, schreeuwt, schopt en liegt. Ook op TV is er steeds meer aandacht voor moeilijke kinderen, niet alleen bij opvoedkundige programma's zoals "eerste hulp bij opvoeden" of "schatjes", maar ook series die gaan over de "jeugdgevangenis" of de spraakmakende serie "probleemwijken". Daar zie je misschien wel jongeren die op een school als de onze zitten, zouden moeten zitten of gezeten hebben. Dat zijn dan natuurlijk niet de succesverhalen.

Mijn taak als psycholoog oftewel gedragswetenschapper op de school is vooral het begeleiden van de leerkrachten. Ik verdiep me in een kind en "zeg voor" hoe de leerkracht met dit kind om moet gaan en wat hij of zij kan verwachten. Daarnaast test ik kinderen als we denken dat we nog niet alles weten en er meer aan de hand is. Ik hoor jullie denken dat de omgang met die kinderen voor de leerkrachten wel erg zwaar moet zijn, terwijl ik me alleen maar met de leerkracht bezig houd. Nou, dat is ook niet mals kan ik je verklappen. Een leerkracht op het ZMOK moet zelf toch behoorlijk ZMOK zijn om dit te kunnen. Je moet wantrouwend zijn, consequent en streng. Maar ook aardig, warm en meelevend. Kinderen moeten altijd hun huiswerk maken bijvoorbeeld en als leerkracht moet je consequent reageren als ze het niet doen. Niet gemaakt is tijd inhalen na schooltijd bijvoorbeeld. Maar leerkrachten zelf moeten twee keer per jaar een rapportage schrijven over een kind. Daarin moet staan aan welke doelen er gewerkt is en of de doelen behaald zijn. En ik heb nog geen leerkracht meegemaakt die die rapportages op tijd inlevert! De leerkracht -die een voorbeeld moet zijn- houdt zich niet eens aan zijn eigen afspraken, hoe moet hij dat met het kind dan doen? De helft van mijn tijd bestaat dus uit het checken van de inleverdata, het drie keer lief vragen wanneer de rapportage klaar is en de vierde keer de coördinator op hun dak sturen. Als ik de rapportage dan krijg, haal ik er eerst nog wat spellingsfouten uit want d's en t's kunnen die leerkrachten zelf ook niet erg goed. Kortom het leven van een gedragswetenschapper bestaat niet alleen uit het begeleiden van moeilijke kinderen, maar zeker ook uit het opvoeden van moeilijke leerkrachten. Maar het blijft leuk.

Over moeilijke kinderen gesproken; de volgende keer mag Babs!