 |

Het slipje op de dansvloer
Ervaring met poepende kinderen op m'n schouder heb ik niet, kwestie van opvoeden.
Toch vond ik inspiratie in de kolom van Piet om mijn verhaal te doen. Een voorval dat
ik zelf heb beleefd en waarvan ik hoop dat zo weinig mogelijk mensen het gezien
hebben. Ik denk zelfs dat ik het nu voor het eerst vertel. De herinnering leeft weer,
beleef het mee. Het voorval vond wel zo'n twintig jaar geleden plaats, kleinigheden
kunnen over het hoofd gezien zijn...
Het uitkleden...
Voordat ik mijn verhaal doe is uitleg van enige slaapkamergewoonten nodig.
Laat naar bed en vroeg er weer uit verdient aanpassing en tijdbesparing. Misschien
heeft moeder het ooit anders geleerd, zoals het hoort: kostuum aan een hangertje,
stropdas los, overhemd losknopen. Dan kledingstuk na kledingstuk netjes over de
stoelrugleuning hangen. Vuil ondergoed in de witte was. Het aankleden de volgende
morgen zou in dezelfde ceremonie, in omgekeerde volgorde moeten gaan...
Maar zo gaat het niet.
Het gaat ánders...
Gewoonlijk rond één uur 's nachts naar bed. Eén oog is al dicht voordat ik het bed zie.
Een stoel voor de kleding is er niet, overbodig, je moet de kleren die je uittrekt weer
optillen. Het gaat alsvolgt. Twee handen gaan van de middel omhoog en nemen in één
handeling T-shirt en eventueel hemd mee, over het hoofd. Je handen zakken en de
kleding valt vanzelf op de grond. Je handen zijn dan weer op heuphoogte, broekriem
los en dan gaan in één handeling spijkerbroek, slipje en sokken uit. Het hoopje is compleet.
In tien seconden, één buiging en twee stappen is de klus geklaard. Binnen 15 seconden is
m'n andere oog ook dicht.
De volgende morgen...
Piep, piep, piep half zeven. Toilet, wassen en dan gaat in omgekeerde volgorde het hoopje
kleding weer om het lijf. Slipje eerst, na controle op eventuele streepjes-code. Soms moet
ik het slipje zoeken, het kruipt weleens weg in een broekspijp. Hele handeling 20 seconden,
klaar voor een kopje koffie.
Een avondje uit...
Ik heb drie soorten kleding, werkkleer, thuiskleer en uitgaanskleer (kleding voor anders-
denkenden). In 't weekend gaat het soms anders. Bij een avondje uit dezelfde handeling
dus nog een keer. Vanzelfsprekend gaat er dan schoon ondergoed aan. Maar ik zag een
keer wat over het hoofd. Het slipje had zich in de broekspijp verstopt. Spijkerbroek aan,
niets gemerkt en klaar om uit te gaan.
Het was in Noordwijkerhout...
Een saai verhaal tot nu toe, vind ik ook. Maar nu wordt het echt spannend, want hoe komt
een slipje op de dansvloer? Lees verder, het blijft netjes. Midden jaren tachtig, de linedans-
rage was al begonnen. We gingen weleens naar country-avonden in Noordwijkerhout.
Niet om te dansen, wel voor de gezelligheid. Ik sta wat te praten en voel wat kriebelen
langs m'n been, bewoog m'n been wat en daar kwam rap een slipje op de dansvloer.
Ik zag het meteen, dat is mijn slipje. Ik keek om me heen of niemand het zag. Een ander
zag het en zei: "Hans, er valt iets op de dansvloer". "Ja" was mijn uiterst snelle reactie,
"het zal m'n zakdoek wel zijn" en raapte het snel op. Een slipje is niet veel groter dan een
zakdoek. Gelukkig was ik niet verkouden, stel dat ik me weer zou vergissen.
Resumerend...
Mijn aan- en uitkleedgewoonten zijn niet veranderd, maar ik ben wat alerter op slipjes
en kijk wat vaker in m'n broekspijpen. Zo'n slippertje overkomt me dus niet meer.
Kriebelt er nu wat in m'n broekspijp, kan het hooguit een muis of een spin zijn.
Dit verhaal is waar gebeurd, maar als jullie het niet geloven heb ik een probleem.
Ik ga de man die ik over 'de grijze zakdoek' vertelde niet de waarheid zeggen.
Aan wie ik de pen nu doorgeef?
Eigenlijk zou je dat aan Aris kunnen vragen, die mag nooit meer raden.
Maar ik blijf bij m'n eerste keus, Ina, jij bent het, heus.
Ik voel het, ik weet het, je kunt het!
Natuurlijk zijn wij, van Dammen, door de mooie woorden van Wil gevleid.
Maar wat denk je van die zwakheden, van tijd tot tijd.
Ga de van Dammen eens ongroenen, want voor je het weet lopen ze naast hun schoenen.
|