 |

Van buiten naar binnen en dus opnieuw beginnen
Ik weet nog goed hoe het begon: het was rood met witte stippen en het kwam heel uitdagend mijn richting uit rollen. Ogenschijnlijk had deze ronde bol het op mij voorzien, want nog geen 10 meter had hij af te leggen voordat hij mijn voetjes zou raken. Er was iets vreemds, ik voelde krachten in mijn lichaam die compleet nieuw waren; het was alsof het wezen dat mijn lichaam bestuurde die vreemde verschijning een trap wilde geven. Zou het zeer doen? Bij mij, maar hoe zit dat dan bij dit object, welke steeds dichter in mijn buurt kwam? Ik besloot toe te geven aan dat rare gevoel en ik schopte de ronduitziende massa met een welgemeende trap weg. Dat gevoel is tot op de dag van vandaag onbeschrijfelijk en ik wist een ding zeker: ik wil meer.
Later zou ik van mijn vader leren dat dit vreemde object een bal heette en dat mijn trap zoiets werd genoemd als voetballen. Dit bleek dan weer een sport te zijn, en zo raakte ik meer en meer in de ban van de bal. Veertien jaar ben ik bezeten geweest van deze bezigheid, hoewel de laatste jaren het gevoel - zoals hierboven beschreven is - steeds verder vervaagde. Toch geloof ik nooit dat ik me kan inhouden als een bal mijn richting oprolt: als hij binnen een straal van 10 meter in mijn buurt is dan is er niemand die mij kan stoppen. Toch is dit stoppen sinds kort een feit, want deze jongen zal nooit meer het gras onder zijn noppen voelen. Afscheid nemen van deze sport is moeilijk, alhoewel... ik ben er al weer overheen. Ik hoor u denken: "maar wat nu"?
Misschien dat ik mijn toekomst met betrekking tot sport kom te vinden in het staal, in apparaten die ervoor gemaakt zijn om mensen zoals ik een breder aanzien te verschaffen. Natuurlijk doel ik nu op het welbekende fitness, een leuk tijdverdrijf als ik enkele voorgangers mag geloven. Hoewel deze sport een stuk onpersoonlijker is dan het voetballen (als ik immers hele gesprekken ga houden met de fitnessapparatuur dan ben ik waarschijnlijk op den duur niet meer welkom), heb ik het geluk dat bij de sportschool, waar ik ga sporten, een zeer verdienstelijke bar aanwezig is. Hier kan ik, moe en met mijn bezwete doch goddelijk ogende lichaam, een lekker biertje tot mij nemen. Al zittend op de kruk kan ik tussen het hijgen, puffen en blazen door, gesprekken houden over de dingen die er echt toe doen: Irak, het Midden-Oosten, George W. Bush. Maar wellicht zullen de gesprekken gaan over heel andere dingen, waarschijnlijk meer in de trant van: "Lekker hè dat bier als je net hebt gesport?" Hoe dan ook, het ontdekken van een nieuwe wereld is altijd spannend en verrassingen zullen zich steeds opnieuw weer aandienen. Donderdag begint dit nieuwe avontuur en hoelang het zal duren? Veertien jaar? Wie zal het zeggen...
|